Tekeningen in het licht
Misschien is het je al eens opgevallen: in bijna elk museum worden werken op papier onder beperkte verlichtingssterkte getoond (50 lux). Papier kan namelijk verkleuren door teveel of langdurige blootstelling aan licht en ook gebruikte inkten of verven kunnen verbleken. Dit is al langer bekend. Maar ik vroeg me af: welke papiersoorten en tekenmaterialen zijn nu het meest lichtgevoelig? En hoe is het eigenlijk gesteld met de tekeningen uit de Van Goghcollectie van het Kröller-Müller Museum?
Tot op de vezel
Onder de microscoop en op de lichttafel keken we naar het papier dat Vincent van Gogh gebruikte voor zijn tekeningen. Grofweg is een onderscheid te maken tussen papier dat opgebouwd is uit dunne, lange witte en transparante vezels (detailfoto boven) en uit kortere bast- hennep- en/of grasvezels (detailfoto onder).
Deze laatste is meestal van minder goede kwaliteit. Hout- of plantaardige vezels bevatten bestanddelen, zoals bijvoorbeeld lignine, die heel gevoelig zijn voor licht. We zagen dan ook dat werken op dit papier vaak sterker gedegradeerd zijn en er was vaak duidelijke lichtschade te herkennen. De werken van papier met de lange transparante en witte vezels bleken vaak nog steeds van een uitstekende kwaliteit.
Donkere en lichte randen
Van Gogh koos voor zijn tekeningen niet alleen wit of crèmekleurig papier, maar ook bijvoorbeeld blauw of grijs papier. Hieronder zie je een voorbeeld van papier met lichtblauwe vezels:
Deze papiersoorten blijken erg gevoelig te zijn voor licht. Dit kun je goed zien op de volgende foto. De randen zijn in het verleden afgedekt met een passe-partout. Het middenstuk is blootgesteld aan licht en duidelijk lichter dan de randen:
Gevoelige materialen
Nu weten we welke papiersoorten meer of minder gevoelig zijn voor licht, maar hoe zit het met de tekenmaterialen? Van Gogh gebruikte veel verschillende tekenmaterialen: inkt, krijt, potlood, houtskool, aquarelverf, gouache, olieverf en fixeer. Soms gebruikte hij één soort, soms combineerde hij tekenmaterialen in een tekening.
Bruine en zwarte inkten
Op 61 tekeningen in onze collectie komt inkt voor. Hiervan zijn 54 werken uit de periode voor 1886, voordat Van Gogh naar Frankrijk vertrok. Op 50 tekeningen is de inkt bruin van kleur. Door onderzoek uit het verleden of door de zichtbaarheid van specifieke schade (inktvraat) weten we dat 22 van deze tekeningen ijzergallusinkt bevatten.
Van de overige (nu) bruine inkten is de samenstelling onbekend. We weten niet welke kleur de inkt origineel had. Het kan bruin zijn, maar ook bijvoorbeeld blauw. Deze inkten, net als de ijzergallusinkten, lijken niet specifiek gevoelig voor licht als ze in dikke lijnen of vlakken zijn opgebracht. Uit eerder onderzoek is bekend dat dunne lijnen en vlakken, daar waar weinig inkt aanwezig is, hier wel gevoeliger voor zijn. Daarnaast heeft Van Gogh ook zwarte inkten gebruikt. Deze inkten bevatten naar alle waarschijnlijkheid koolstofdeeltjes. Het zijn sterke inkten en niet gevoelig voor licht.
Synthetische inkten
Na 1886 vertrok Van Gogh naar Frankrijk en ging hij ook met synthetische inkten experimenteren. Op basis van eerdere onderzoeksresultaten herkennen we de typische lichtschade voor deze inkten. Op de foto linksonder is dat mooi te zien. Op deze tekening heeft een restaurator in het verleden 2 nieuwe stukken papier ingezet (rood omcirkeld). Hij heeft de stukken ingetekend met krijt. Hij koos hiervoor een kleur die overeen kwam met de kleur van de inkt op dat moment. Doordat de inkt in de loop van de tijd gebleekt is, is er nu een kleurverschil met de donkere krijtlijnen.
Conclusie
We gaan er dus van uit dat de bruine inkten alleen lichtgevoelig zijn als ze verdund zijn aangebracht. Dit geldt ook voor de gewassen krijttekeningen of de verdunde waterverftekeningen. Op het moment dat er sprake is van transparante lagen worden de tekeningen als lichtgevoeliger geclassificeerd. De zwarte inkten zijn niet lichtgevoelig, maar daarentegen de synthetische juist weer heel erg.
Lichtkrediet
Uiteindelijk hebben we de tekeningen van Van Gogh in 4 verschillende klassen verdeeld op basis van de lichtgevoeligheid. Aan elke klasse zijn een aantal uren gekoppeld waarin een tekening gemiddeld per jaar getoond kan worden. Dit varieert van 2 ½ week per jaar tot 6 maanden. Zo wordt voor elk werk een lichtkrediet vastgesteld. Deze classificatie is niet alleen toepasbaar op de Van Goghcollectie, maar op al onze werken op papier. Om de tekeningen voor de toekomst te bewaren, houden we ons zoveel mogelijk aan het nieuwe lichtbeleid. Gelukkig hebben we een grote collectie werken op papier van Vincent van Gogh, zodat we toch regelmatig tekeningen kunnen laten zien op zaal.
Bernadette van Beek
Bruikleencoördinator / restaurator van werken op papier,
februari 2019
Nu te zien
In de Van Gogh Galerij hangen naast schilderijen ook zo’n 12 tekeningen van Vincent van Gogh, in wisselende samenstelling.
Symposium
Op 21 september 2018 organiseerde het museum een symposium over Van Goghtekeningen. Verschillende onderzoekers vertelden vanuit hun deskundigheid en achtergrond over hun laatste bevindingen en resultaten.
Links naar de presentaties van dit symposium:
- Van prijscourant tot monsterbuisje - interdisciplinair onderzoek naar Van Gogh’s tekenmaterialen Birgit Reissland, onderzoeker erfgoed op papier RCE
- Denken in beeldlagen - Kleurprognose en -reconstructie van Vincent’s tekeningen
Frank Ligterink, specialist conservering & restauratie RCE - Van Goghs tekeningen onder de loep genomen
Nico Lingbeek, papierrestaurator VOF papierrestaurator - Op weg naar een consistent lichtbeleid
Bernadette van Beek, bruikleencoördinator / restaurator van werken op papier, Kröller-Müller Museum