Draagbare objecten
West is op zoek naar interactie tussen object en publiek. Hij nodigt de bezoekers uit om zijn speelse sculpturen aan te raken, vast te houden, een stukje te dragen of erop te gaan zitten. Deze zogenoemde passtücke bestaan uit afgedankte voorwerpen die de kunstenaar heeft omhuld met gips, papiermarché of kunststof waardoor ze onbeduidend organisch van vorm zijn geworden – en de bezoeker er zelf allerlei vormen in kan zien. Zo heeft de recensie van de tentoonstelling in NRC Handelsblad als kop: ‘Wandelen met een appelbeignet’. Sommige objecten zijn nog letterlijk draagbaar, als kledingstuk of sieraad, andere zijn juist heel ongemakkelijk om te tillen, waardoor de drager zijn bewegingen moet aanpassen. West omschrijft deze sculpturen daarom als ‘gematerialiseerde gedachten of neuroses’.